De Vlinderjacht

Verhaal Info
Nederlandstalig, fantasie verhaal. Erotisch...vreemd.
3.3k woorden
3.63
3.9k
1
0
Deel dit Verhaal

Lettertypegrootte

Standaard Lettergrootte

Lettertypeafstand

Standaard Lettertypeafstand

Lettertype Gezicht

Standaard Lettertype

Thema Lezen

Standaardthema (Wit)
Je moet Inloggen of Aanmelden om uw aanpassingen in uw Literotica-profiel op te slaan.
PUBLIEKE BÈTA

Opmerking: u kunt de lettergrootte en het lettertype wijzigen en de donkere modus inschakelen door op het pictogramtabblad "A" in de Story Info Box te klikken.

Je kunt tijdelijk terugschakelen naar een Classic Literotica® ervaring tijdens onze lopende openbare bètatests. Overweeg om feedback te geven over problemen die u ervaart of om verbeteringen voor te stellen.

Klik hier

Voor haar 19 jaartjes jong had Isolde al een zeer mooie en grote verzameling vlinders aan haar zwarte muur hangen. De zwarte muur stak schril af tegen de, voor de rest volledig roze geschilderde, perfect meisjesachtig ingerichte kamer.

Enkel die ene muur waarop de vlinders uitgestald waren was zwart. Pikzwart.

Er hingen bakjes, op rijen gerangschikt, aan deze zwarte muur. Elke bakje bevatte 1 vlinder op een zwart papieren achtergrond.

Een vlinder, mooi in het midden, met lijm op zijn plaats gehouden.

Levensloos en kwetsbaar uitgestald, de vleugels bijna obsceen opengespreid zodat het volledige lichaam beschikbaar was voor inspectie: elke vorm, elke kleur, elk lichaamsdeel; open en bloot uitgestald op een donkere achtergrond. Tentoon gesteld voor elke willekeurige toeschouwer.

De pootjes waren allen in eenzelfde mooie manier samengevouwen. De voelsprieten intact en parmantig omhoog staand.

Perfectie in een macaber graf.

Isolde had voor haar verjaardag van haar moeder speciale lichtspotjes gekregen die ze op de collectie kon richten.

's Avonds deed ze al het andere licht in haar roze kamer uit en liet enkel de nieuwe lampjes hun werk doen. Heel de collectie werd zo mooi uitgelicht.

Isolde ging dan op haar roze bed liggen en keek uren naar haar collectie vlinders. Een schouwspel van kleuren en vormen op een voor de rest zwarte achtergrond. Ze leken op een vreemde manier nog mooier in hun levensloze houding dan ze bij leven waren geweest.

Soms viel ze zo in slaap en droomde ze over al de vlinders die ze nog vangen wou.

De liefde voor het vlindervangen had ze ook van haar moeder gekregen. Evenals haar lange, blonde, steile haren en haar perfecte figuurtje.

Vandaag had Isolde grote plannen voor haar collectie. Ze zou een nieuwe bak maken. Een bak die centraal op haar muur zou passen. Een bak met de vlinder in die haar collectie zou vervolledigen.

De koning onder de vlinders in Nederland en omstreken: De Grote Vos.

Isolde stond klaar in de weide achter hun huis, de zon straalde in een bijna wolkenloze hemel. Een klein briesje maakte het tot een perfecte zomerdag.

Ze had haar favoriete vlindernet mee.

Gekleed in een luchtig geel zomerjurkje dat tot juist boven haar knieën kwam, en al wist ze dat het niet het juiste schoeisel was, ze had toch gekozen voor haar spierwitte slippers.

Eigenlijk had ze nog nooit voor een vlinder echt hard of lang moeten lopen, dus zou het nu ook wel lukken met de slippers.

Haar blonde haren had ze in een lange vlecht over haar schouder gedrapeerd, zodat ze er geen last van zou hebben tijdens de jacht.

Op haar hoofd droeg ze nog een strooien hoedje tegen de zon. Rond haar middel had ze een riem met daaraan een lege en luchtdicht afsluitbare plastic pot hangen. Hierin zou ze haar vangst steken.

Op de bodem van de pot had ze hooi gelegd. Dat hooi had ze eerst laten weken in pure aceton. Dit zou de vlinder snel beroven van enige zuurstof en doen inslapen.

Volledig voorbereid vertrok ze de velden in, op zoek naar vlinders. En liefst De Grote Vos.

De zon bakte, door haar strooien hoedje heen, op haar blonde lokken in. Het lichtje briesje maakte de temperatuur draaglijk en kroop af en toe ondeugend onder haar jurkje, kriebelde tegen haar witte kanten slipje en deed haar een plezierig gevoel geven van vrijheid.

Dat dit briesje ook haar beide tepeltjes stijf deed staan, was mooi meegenomen voor elke toevallige toeschouwer die de fiere tepeltjes door haar luchtig jurkje zag priemen. Een bh droeg ze niet .

Ze had mooie stevige borsten die op haar jonge leeftijd geen last hadden van de zwaartekracht.

Een toevallige toeschouwer zou een mooie, jonge blonde griet zien die dieper en dieper, al huppelend in rare sprongetjes, de weide introk.

Af en toe lichtte de wind haar jurkje een beetje op zodat de toeschouwer een glimp van haar slipje kon zien, terwijl haar licht roze tepeltjes zich duidelijk aftekenden door de gele jurk.

Isolde liep verder en verder om plots, vanuit haar ooghoeken, een mooie vlinder te spotten. Al was het niet De Grote Vos, ze ging er toch voor.

Ze huppelde achter de frivole vlinder aan die in zwalpende bewegingen door de lucht vloog.

De rare bochten, het stijgen en dalen van de vlinder deed Isolde in haar achtervolging gelijkaardige bewegingen maken.

Een schouwspel dat bijna op een dans leek. Een dans tussen jager en prooi.

Het duurde niet langer dan 30 seconden voor ze de vlinder dicht genoeg benaderd had en de snelheid en richting van de vlinders' vlucht juist had ingeschat.

Met 1 snelle zwiep van haar vlindernet beroofde ze het beestje van zijn vrijheid.

Ze nam haar vangst in haar vuist en opende het deksel van de plastieken pot. Ze deed de vlinder in het potje waarin hij snel stil en levenloos bleef zitten.

Hoe sneller ze de vlinders kon doen inslapen, hoe mooier ze waren in haar collectie.

Vrolijk om haar eeste vangst liep ze nog dieper de weide in. Van hier kon niemand haar nog zien. Van haar ouderlijk huis zag ze in de verte enkel nog de rode schoorsteen boven het lange gras uitkomen.

De weide ging langzaam over in ruwer terrein, en ze wist dat verderop het bos lag. Zelden was ze daar al geweest. Het was een ruw en wild bos, waar de natuur nog echt de baas was.

Achter dat bos begon dan weer een moerasheide die op zich dan weer overging in plassen en meertjes. Een paradijs voor dieren en insecten, maar zeer gevaarlijk voor onervaren, niet voorbereide wandelaars.

De moerassen waren diep en meedogenloos.

Ze hoopte niet zover te moeten gaan om De Grote Vos te vinden.

Daarenboven leek ze in de verte toch donkere wolken te herkennen. "Raar, die waren er net nog niet" dacht Isolde. "Nee, ze had nog een uurtje, en dan ging ze beter naar huis."

Ze liep in grote cirkels door de weide. Cirkels die breder en breder uitwaaierden richting bos.

Na 20 minuten geen enkele vlinder gespot te hebben besloot ze dat het genoeg was geweest.

Ze draaide zich om richting ouderlijk huis en begon met een flink tred te wandelen.

Net toen ze nog eens naar haar vangst in de pot wou kijken vloog er een grote donkere vlek recht op haar af. Instinctmatig dook ze weg en hied haar armen beschermend boven haar hoofd. Snel keek ze om waarbij haar mooie blonde, lange staart door de lucht zwiepte.

De grootste vlinder die ze ooit in haar leven had gespot maakte een felle bocht en kwam weer op haar af. Reusachtig was hij.

"Snel, snel" dacht Isolde, en ze plooide haar netje open om te kunnen toeslaan. Maar de vlinder was sneller en dook vlak boven haar weg. Weer schrok ze van de felheid waarmee de vlinder op haar afdook en viel plomp achterover in het lange gras op haar perfecte kontje.

Met haar vlindernet in de aanslag stond ze snel recht en speurde naar de vlinder.

"Was het hem? De Grote Vos?", vroeg ze zich opgewonden af.

Als een duiveltje in een doosje steeg hij vlak voor Isolde op uit het gras en vloog met grillige sprongen van haar weg.

Isolde zette het op een lopen. Ze ging vastberaden achter dit formidabel exemplaar aan.

Een windstoot blaasde haar strooien hoedje af. Ze nam niet de tijd om het op te rapen. De zon was ondertussen toch al bijna verdwenen achter donkere, zwarte wolken die uit het niets de blauwe hemel hadden gekaapt. Onheilspellend pakten ze samen boven het bos.

Maar isolde had een doel.

Ze liep zo snel ze kon achter de vlinder. Telkens ze dacht te kunnen toeslaan, dook de vlinder in een bocht van haar weg, omhoog of omlaag, of zelfs bijna tegen haar. Alsof hij niet bang was.

"Dat zou hij wel moeten zijn", dacht ze, "want die gaat in mijn pot!"

Ondertussen was ze al jagend aan de bosrand beland. Het leek alsof de vlinder het bos in wou vluchten.

De ondergrond werd ruwer en minder vlak. Her en der stak er een wortel uit de grond, of zat er een put in de grond.

Isolde struikelde over haar slippers en viel pardoes in een grote, wilde struik.

"Een paar schrammen op haar benen en armen zouden haar niet kunnen tegenhouden, maar die verdomde slippers wel", dacht ze boos.

Ze schoot de schoenen uit en liep blootvoets verder. Sneller en sneller, want de vlinder vloog als een zwaluw, zo snel.

De ruwe ondergrond deed geen goed aan haar perfect gemanicuurde, blote voetjes.

De roze gelakte nageltjes, waren geen partij voor de vuile en harde ondergrond.

Het blanke velletje van haar voetzolen werd al snel donkerbruin door het vuil en kleine schrammen werden al snel grotere sneden waaruit bloed begon te sijpelen.

Ze haalde nog een keer of twee uit met haar net, maar tevergeefs en de vlinder wist telkens te ontwijken.

Sterker nog: het was alsof hij Isolde uitdaagde.

Isolde werd een beetje gefrustreerd van haar onkunde. Nog nooit had ze zo lang achter een vlinder moeten jagen. "Het is zelfs niet eens De Grote Vos", dacht ze.

"Nee, hij is nog groter. En eigenlijk nog mooier. Heel mooi. Perfect."

Ondertussen was het stilletjes beginnen regen en wakkerde de wind nog aan. De stemming in het bos werd duister en dreigend. De dikke druppels pletsten in het rond en op Isolde. Op haar neus, haar dikke vlecht, haar jurkje... Hoe sneller de druppels vielen, hoe natter isolde werd.

Een bliksemflits kleurde het bos even felwit. Een korte, hevige flash waaraan Isolde een onheilspellend gevoel overhield. In deze milliseconde zag ze de vlinder op haar afkomen. Plots leek hij niet meer zo mooi. Hij leek nog groter geworden, en zijn kleuren waren vervaagd tot grijstinten. Grauw en dreigend.

Isolde wou zeer snel weg hier.. Maar ze was de weg totaal kwijt. Ze wist niet welke weg haar uit het bos zou leiden. De regen was ondertussen overgegaan in stortregen. Bliksem en donder kwamen dichter en feller na elkaar.

In luttele seconden was Isolde doorweekt. Haar perfect gevormde tietjes tekende zich scherp af in het door de regen doorschijnend geworden jurkje.

Het kletsnatte jurkje plakte tegen haar jonge strakke lichaam en was als een tweede huid die haar jonge vormen mooi deden uitkomen. Het liet niet meer veel aan de verbeelding over.

Isolde dook weg van de vlinder die haar leek op te jagen... Ze rende zo snel ze kon verder en verder weg.

Haar vlindernet en de pot met de vangst liet ze in paniek vallen om sneller en behendiger te kunnen vluchten. Want dat was wat ze deed: vluchten!

De vlinder volgde haar op enkele meters en schoot af en toe, in een flits, op haar af.

Isolde gilde het uit toen ze doorhad dat deze vlinder het op haar gemund had ; jacht op haar maakte.

Ze sloeg met haar handen wild in het rond in een poging hem af te schrikken. Ze keek omhoog, dan snel achter zich. Haar dikke blonde staart volgde met een zwaai.

"waar is hij?", vroeg ze zich af.

Ze zag de dikke doornstruik niet op tijd en rende er halsoverkop in. De doornen sneden in haar koude, natte huid en scheurde haar roze jurkje.

Haar staart bleef met korte rukken en stoten achter doornen en takken hangen.

Het deed pijn en Isolde raakte in paniek.

De doornstruik was zeer dik begroeid, stevige takken met grote rode doornen aan. Vooruit zag ze geen uitweg, en achter zich leek het alsof de struik zich had gesloten.

Uit alle macht trok ze zich verder door de struik heen. De doornen trokken diepe striemen op haar blanke huid. Haar jurk haakte op verschillende plaatsen vast achter de doornen en hield haar gevangen in de struik.

Isolde schreeuwde het uit van de pijn en trok zich, met al de kracht die ze in haar jonge strakke lichaam had, los.

Haar natte jurk scheurde helemaal open en bleef in repen aan de doornen hangen. Het plotse losscheuren van haar jurk en het wegvallen van de weerstand, deed Isolde naar voren struikelen. Ze viel op haar knieën in een plas temidden van de doornstruik.

Haar kleine witte slipje was het enige stukje kleding dat Isolde nog behoedde van totale naaktheid.

Maar de doornen hadden ook hier hun werk gedaan: het slipje was op verschillende plaatsen gescheurd en toonde haar rozig witte, naakte vlees erdoor.

Het slipje was doorweekt, plakte rond haar ronde kontje, wat een beetje dieper in haar bilspleet een scherpe visuele scheiding van haar 2 perfect ronde, roze billetjes opleverde.

Op haar knieën zittend, midden in een plas modder snikte Isolde van ellende. Ze wist echt niet meer welke kant ze op moest.

Ze was moe, bijna uitgeput, bang en had het koud over heel haar jonge lichaam.

Terwijl ze zich oprichtte tekende een kort geschoren en getrimd recht streepje schaamhaar zich donker af door het doorweekte slipje.

Haar eens mooi gevlochten staart hing nu in losse slordige klitten uiteen. In een poging om de haarelastiek aan te spannen trok ze hem stuk. De elastiek was verzwakt door de doornen en de rukken aan haar staart.

Isolde's haar viel in natte losse slierten uiteen over haar naakte bovenlichaam. Straaltjes water dropen als kleine riviertjes uit de slierten langst haar borsten, over haar platte buik en verdwenen in het katoenen, gescheurde slipje.

Isolde keek in tranen omhoog naar de hemel: pikzwarte, donkere wolken zover ze kon zien. Het was beginnen stormen met zware rukwinden en stortregen. Ze zag amper maar 4 meter voor zich uit.

Maar daar zat hij. Recht voor haar... Op een tak.

Alsof de regen en wind hem niet deerden..

Alsof hij op haar wachtte.

De vlinder.

Isolde deed het enige wat haar uitgeputte brein haar nog kon vertellen: opstaan en verder gaan.... Ga naar de vlinder. Volg hem.

Moeizaam stond ze recht en strompelde verder.

Hij leek haar de juiste kant uit te sturen want de doornstruik opende zich even plots als hij zich achter haar leek gesloten te hebben.

Met moeizame stapjes op haar vuile en verwonde naakte voeten wankelde ze uit de struik.

Haar zachte, roze borstjes wiebelden mee op het ritme van haar versnelde ademhaling.

Ze naderde de vlinder tot op een paar meter toen hij plots van de tak wegfladderde : sneller en sneller, verder en verder weg...

"Nee!" riep Isolde en versnelde haar tred. Ergens was ze bang om hier alleen achter gelaten te worden. De vlinder was het enige vertouwde wat ze hier had en ze had respect voor hem.

Ze rende hulpeloos en smekend achter de vlinder aan. Sneller en sneller wiebelde haar kontje op het ritme van haar passen. Om hem niet uit het oog te verliezen bleef ze omhoog kijken .

"Hij zou haar hier wel uit redden."

Ze had geen oog voor de ondergrond. Geen oog voor de uitstekende takken en wortels.

Haar linkervoet bleef hangen achter een wortel, en nu viel ze languit, op haar gezicht, in het dikke slijk.

De bodem helde hier een beetje bergaf en Isolde schoof plat op haar buik lichtjes verder in het slijk.

Haar natte slipje, zwaar aan het worden van de modder, krolde helemaal bijeen en kroop langzaam over haar kontje.

Haar nu bijna volledig ontblote kont, mooi roze en met regendruppels behangen, stak als enige onbevuilde deel van Isolde nog omhoog uit de modder.

Hoe dieper ze in de modder gleed hoe zwaarder het opgerolde slipje werd, hoe meer het in de plakkerige modder bleef steken en hoe verder het naar beneden opkrolde....het schoof over haar knieën, tot op haar enkels.

Een eenzaam boven de modder uitstekende dode tak deed het slipje zich tenslotte gewonnen geven : het gleed van haar enkels over haar voeten uit.

Als een bevuilde trofee, hangend aan de uitstekende dode tak in de modderbrij bleef het eens witte en doorweekte slipje achter.

De nu spiernaakte Isolde schoof verder en verder naar beneden over de gladde moddergrond .

Naar adem snakkend spuwde ze de modder uit haar mond en neus.

Samen met haar speeksel, snot en kwijl vormde het een bruine pap die over haar gezicht droop.

Tevergeefs wentelde Isolde rond haar as om grip te krijgen op de ondergrond en zich te kunnen oprichten.

Wanneer ze even dacht te kunnen rechtkomen, schoof ze telkens terug uit en belandde weer vol met haar naakte vormen in de modder.

Van kop tot teen hing ze vol met deze natte, koude, bijna zwarte modder.

De helling werd steiler en steiler en haar hernieuwde pogingen om recht te staan werden afgestraft met de zware klappen van het telkens weer neervallen.

Haar tengere lichaam werd als een willoze speelbal steeds sneller meegesleurd door de rivier van modder, stenen, dood hout en rottende planten.

Voor haar zag Isolde een afgrond opduiken waar de modderstroom de dieperik in stortte.

Geen bomen of struiken meer om zich aan vast te houden.

Dit was de overgang naar de moerassen en plassen waar iedereen haar voor had gewaarschuwd.

Met een laatste krachtpoging kon ze zich op 1 been oprichten.

Ze zette haar tweede been recht en duwde zich op. Toen ze bijna rechtstond schoven haar benen wijd uiteen onder haar weg, waardoor ze met een smak weer op de grond vloog.

Haar achterhoofd raakte met een klap een grote kei en alles werd zwart voor haar ogen.

Haar naakte, hulpeloze lichaam werd nu sneller en sneller door de modder naar de afgrond gezogen, haar blonde haren haar achtervolgend , uitgespreid in een modderige waaiervorm.

De modder kroop overal onder, over en zelfs in haar.

Als een vieze lappenpop besmeurd met modder, stortte haar lichaam naar beneden in de afgrond.

Haar poedelnaakte jonge lichaam kwam op haar rug terecht in een grote poel zwart moeraswater.

Haar haren gedrapeerd in een halve circel langst haar hoofd.

Haar armen langs haar blote lichaam en haar lange benen bijna obsceen ver opengespreid.

De hevige regen wastte de modder in een sneltempo van haar lichaam en uit haar blonde haren.

Even plots als ze gekomen waren maakten de donkere wolken plaats voor lichtere exemplaren waar her en der zonnestralen doorpriemden. De lucht klaarde snel op en de natuur leek tot rust te komen.

De levendige kleurenpracht in het bos stak plots schril af tegen het zwarte doodse moeraswater.

Isolde lag, helemaal proper gewassen door de regen, poedelnaakt in het moeraswater

Uitgeput en machteloos .

Toen het moeraswater aan haar lippen kwam, opende Isolde verschrikt haar ogen .

Als in een trance zag ze het onmogelijke: boven haar vloog hij op haar af.

Ze wilde huilen roepen, schreeuwen of smeken, maar haar lichaam reageerde niet meer.

Enkel haar snelle ademhaling liet blijken dat de naakte Isolde zich nog wilde verzetten. Haar stevige borsten wipten snel op en neer op haar schokkende borstkas.

De vlinder kwam dichter en dichter gefladderd. Even bleef hij hangen boven haar mooi getrimde schaamstreek, om uiteindelijk te landen recht boven Isoldes ontblote klitje.

Hier bleef hij zitten en strekte zijn vleugels zo breed als hij kon.

Ondertussen begon het moeras haar dieper en dieper in het donker zwarte water te trekken dat langzaam maar zeker haar poedelnaakte lichaam overspoelde.

Als het water aan zijn pootjes raakte steeg de vlinder op, fladderde hoger en hoger boven Isolde en aanschouwde zijn trofee .

Als één van Isoldes spotjes, zo scheen een goudgele dikke zonnestraal op Isolde neer en danste over haar lichaam, leek het terug kleur te geven.

Ze lag er zeer mooi uitgelicht en perfect uitgestald bij.

Een schouwspel van kleuren en vormen op een zwarte achtergrond.

Haar perfecte vormen, uitgewaaierde blonde haren, rozige tepeltjes op haar melkwitte volle borstjes.

Levensloos en kwetsbaar uitgestald, de benen bijna obsceen opengespreid zodat het volledige lichaam beschikbaar was voor inspectie : elke vorm, elke kleur, elk lichaamsdeel ; open en bloot, voor elke willekeurige toeschouwer.

Haar volle, bleek-rode lippen, waren lichtjes geopend en het water liep langzaam in haar mond daarmee Isolde's lot bezegelend.

Ze leek op een vreemde manier nog mooier in haar levensloze houding dan ze bij leven was geweest.

Perfectie in een macaber graf.

The End.

Gelieve dit een score te geven verhaal
De auteur zou je feedback appreciëren.
  • REACTIES
Anonymous
Our Comments Policy is available in the Lit FAQ
Posten als:
Anoniem
Deel dit Verhaal

GELIJKAARDIGE Verhalen

Maike En Ik Eindelijk Samen Deel 01 Stiefbroer en stiefzus ontdekken wederzijdse verliefdheid.
Sauna bezoek gaat vreemd (01) Een koppel ontmoet een vreemde man in de sauna...
Vreemde vrouw aan huis 01 De vrouw van de glazenwasser int het geld en krijgt meer.
Suf geneukt in de metro in Rio Two big titted Dutch girls get fucked hard in a metro.
De Ontmoeting Mistique schreef een prachtig verhaal over een ontmoeting.
Meer Verhalen