Een Leven Voor Een Leven

PUBLIEKE BÈTA

Opmerking: u kunt de lettergrootte en het lettertype wijzigen en de donkere modus inschakelen door op het pictogramtabblad "A" in de Story Info Box te klikken.

Je kunt tijdelijk terugschakelen naar een Classic Literotica® ervaring tijdens onze lopende openbare bètatests. Overweeg om feedback te geven over problemen die u ervaart of om verbeteringen voor te stellen.

Klik hier

Trouwens, ik had helemaal geen zin om me uit te sloven. Ik klauterde uit het bad en ging op mijn buik op mijn handdoek liggen. Daar viel ik weer in slaap.

Ze kietelde me wakker met een strootje. 'Sjonge, jij kunt slapen. Er staat hier een kerel die zegt dat jij zijn wapens zou komen ophalen.'

Ik draaide me om en keek haar aan. Ze was weer in uniform, het witte tropenuniform van de Britse marine, compleet met pet. Het viel me op dat ze een rok droeg. Tot dan toe had ze broeken gedragen.

'O ja, dat is waar ook. Rij maar even mee.' Ik liep het huis in en pakte de sleutels van de jeep.

'Eehm... Was je van plan zo te gaan? Niet dat je geen "fine specimen of manhood" bent, maar het zou toch je autoriteit ondermijnen.'

Ik keek omlaag en bloosde. Ik was glad vergeten dat ik naakt was. Niet alleen dat, maar tijdens mijn slaap was mijn erectie ook weer gaan staan. Een "fine specimen of manhood", zoals zij het noemde. Ze was zo kies niet te lachen.

Op de terugweg kochten we op de markt tegenover het hotel twee kippen en wat groente, en daar maakte zij een uitstekende curry van. Ik had de eerste dag dat we in het bivak waren bevolen dat we met zijn allen tegelijk aten, wat onder de mannen wat ongemakkelijk geschuifel veroorzaakte: de Britten, met hun beroepsleger, hielden veel strakker de hand aan rangen en standen dan de Hollanders met hun -- toen nog -- dienstplichtigen. Het voordeel van het Engels is natuurlijk dat er nooit moeilijkheden zijn rond tutoyeren, maar ik kende mijn tolk alleen maar als Chief Llandrig. Toen we die middag om vier uur ontbeten annex lunchten annex -- daar was ik van overtuigd -- dineerden, stelde ik voorzichtig voor dat ze me, off duty, wel met mijn voornaam mocht aanspreken. 'Vincent,' zei ze me na, maar haar reactie was anders dan ik gedacht had. 'Is dit een versiertruc?' Ik verzekerde haar van niet. Ik zag er van af haar uit te leggen dat als je elkaar eenmaal naakt gezien hebt, het wat moeilijk is om op je strepen te blijven staan. Als ze dat zelf niet begreep was het toch vergeefse moeite. Ze keek me schattend aan. 'Ik ben getrouwd, weet je.'

Ik haalde mijn schouders op. 'Ik ook.'

'Hmm, allright. Maar alleen off duty.'

Daar stemde ik mee in.

'O ja, ik heet Tanya.'

In de dagen daarna kwam ik veel van haar te weten. Ze had problemen in haar huwelijk: zij was zes weken op, intern, en vier weken af. Haar man deed iets op een kantoor in Bristol, en ze was er niet zeker van dat als ze zes weken weg was, hij niet met een ander rotzooide. Ze vond ook dat hij te veel dronk. Als ze thuis kwam was het een week gezellig, een week neutraal, een week bedekt ruzie en een week openlijk ruzie, tot ze blij was dat ze weer naar de basis mocht. 'Hoe doen huisvrouwen dat, die permanent thuis zitten? Ik vlieg na vier weken al tegen de muren op.'

Daarnaast wilde ze een kind, en ze maakte zich zorgen dat ze te oud werd. Ze wilde een vruchtbaarheidsonderzoek, maar haar man wilde niet meewerken. Tja, je komt een hoop te weten als je van zes tot tien uur 's avonds met zijn tweeën in het donker zit te wachten tot het schieten begint.

De drank speelde daarbij ook een rol: we dronken met zijn tweeën een halve fles whiskey per avond: ik twee kleine glazen, zij de rest. Ik vroeg me af hoeveel haar man dronk, als ze zei dat hij pas echt veel innam.

Ik vertelde haar ook over mijzelf: over het gebrek aan snelheid in mijn carrière, over de miskraam van mijn vrouw, en dat ze nu weer zwanger was. Ik kon het niet nalaten eraan toe te voegen dat ik inmiddels al meer dan vier maanden geen seks gehad had.

'Arme jij,' zei ze op luchtige toon. 'Geen wonder dat je laatst zo'n enorme erectie had.'

'Sorry.'

'Ik vond het niet erg.'

Er viel een stilte tussen ons. Toen vroeg ze: 'Is seks belangrijk voor je?'

Ze vroeg het in het Engels en eindigde met "for you". Achteraf denk ik dat ze bedoelde: voor jullie tweeën, maar ik interpreteerde het als: voor mij.

Ik hield me groot en maakte een wegwerpend gebaar, dat ze in het donker ongetwijfeld niet zag. 'Ach...'

Ze was niet geïnteresseerd in mijn antwoord, want ze praatte er meteen overheen. 'Toen wij pas getrouwd waren... wauw. Ernie pakte me wel vijf keer op een nacht. Maar nu... Als ik pas terug ben is hij wel hitsig, maar vaker dan een of twee keer is het niet. En na de eerste paar dagen is hij zijn zin kwijt. Als hij teveel gedronken heeft kan hij hem toch al niet overeind krijgen. Raar genoeg heb ik meer zin dan hij. Ik vraag me wel eens af of ik geen slet ben. Als ik een knappe man zie...' Ze lachte. 'Wat moet je wel niet van mij denken?'

'Ach...'

'Is dat alles wat je kunt zeggen?'

'Ieder mens is uniek,' bouwde ik de professor psychologie van de Militaire Academie na. 'Ieder mens heeft zijn eigen behoeften. Voor de een is seks belangrijker dan voor de ander...'

'Nou, voor mij is het verdomd belangrijk,' viel ze me in de rede. 'Zal ik je wat bekennen? Toen ik jou laatst op die duikplank zag staan...'

Op dat moment begon het schieten.

De volgende dagen zwommen we met ons ondergoed aan. Niet dat het veel hielp: haar beha en slip waren niet bedoeld als badpak en werden doorschijnend als ze nat werden. Ik had weliswaar zo'n grote groene legeronderbroek, maar die was niet in staat mijn voortdurende halve of hele erectie te verbergen. We ontliepen elkaar zo veel mogelijk. Zij was het eerst in het water en dan stond ik in de badkamer, loerend uit het raampje dat op een kier openstond, me af te rukken, me voorstellend dat ik haar in mijn armen had. Haar confessies hadden me alleen maar meer opgewonden. Als zij een half uur gezwommen had kwam ik ook in het bad, en zwijgend trokken we samen baantjes. Dan klom zij uit het water (ik kon het niet laten, ik loerde toch steeds weer verlekkerd naar haar ronde derrière) en verdween naar binnen. Ik zag haar badkamerraam voorzichtig wat verder opengeduwd worden en begon op mijn rug te zwemmen. Masturbeerde zij zich ook? Ik zou haar wat te masturberen geven. Zonder naar haar kamer te kijken klom ik op mijn gemak uit het bad, rekte me uit, liep naar de duikplank en sprong er weer in. Nog een of twee baantjes op mijn rug en de WC werd doorgetrokken. Ach, misschien had ze alleen maar aandrang na het zwemmen, wie zal het zeggen. Weer later kwam ze met thee naar buiten, geheel gekleed. Ik klom uit het bad, liet me nog één keer bewonderen, verontschuldigde me dat ik me even snel zou aankleden en kwam even later ook in uniform te voorschijn. Het was geen flirten, het was niets opens: het was een spel van verborgen blikken en vermoede verleidingen. Stiekem gedoe, als van pubers.

De avonden waren saaier dan voorheen. Over seks en over onze relaties werd zorgvuldig niet meer gesproken. Trouwens, de whiskey was op, tot ongenoegen van Tanya, die dat kankerend liet blijken. Ik was blij als we in actie konden komen.

Daar zou het vermoedelijk bij gebleven zijn als ik mijn hand niet had overspeeld bij het ontwapenen van de laatste grote krijgsheer. We hadden twee avonden op hem geloerd. De eerste avond hadden we zijn tegenstander ontwapend, maar hij was ons te vlug afgeweest. Zijn tactiek was, net als die van de meeste privé legertjes daar, een strategische positie in te nemen op de helling en dan te schieten op alles wat bewoog aan de andere kant van de helling. Om niet verrast te worden wierpen ze allemaal een roadblock op, maar de meeste legertjes hadden te weinig mensen om ons in de jeep of op de motorfiets tegen te houden. Zo men dat al gedurfd had, want wij begonnen mythische proporties aan te nemen. Op de markt raakten mannen en vrouwen mij aan, om van mijn kracht te delen. Ik kreeg op een middag een pikzwart kindje onder mijn neus geduwd: of ik peetvader wilde zijn. Grappig genoeg was het blauwe zwaailicht op de jeep eveneens voorwerp van verering: het was duidelijk dat ik mijn kracht en mijn autoriteit daaraan ontleende.

Chief Llandrig had er meer last van: mannen èn vrouwen knepen haar overal, vooral in borsten en billen. Ze beklaagde zich bij het dorpshoofd, en die gaf haar in bedekte termen te kennen dat ze werd gezien als een vruchtbaarheidssymbool. Zij, die zelf zo graag een kind wilde, als vruchtbaarheidssymbool voor die eeuwig zwangere wijfjes op de markt! Ze zag de humor er niet van in.

Enfin, dèze krijgsheer had een wat groter legertje en hij wist zijn wegversperring wat effectiever tegen ons te handhaven. De eerste nacht kostte het me zo veel tijd om me er langs te bluffen dat mijn vogel gevlogen was voordat ik hem kon ontwapenen. Dat was des te ernstiger omdat tot nu toe iedereen akkoord was gegaan met ontwapening, juist omdat ze wisten dat hun tegenstanders óók ontwapend werden. Als er nu één partij de dans ontsprong dan zou die na ons vertrek heer en meester zijn over het gebied waar wij verantwoordelijk voor waren. De volgende avond gingen we dus al vroeg op pad en ik was vast besloten mijn man te knippen.

Ik maakte de fout waar in les één van alle taktiekboekjes voor gewaarschuwd wordt: ik onderschatte mijn tegenstander. Ik ging er van uit dat zijn roadblock op dezelfde plaats zou staan als de nacht ervoor, maar hij had het een halve kilometer dichter naar ons toe opgeworpen. Ik reed keurig in zijn val. Meestal reed ik met getrokken pistool, zwaailicht aan en met loeiende motor, op de versperring af, dan ging die als vanzelf open. In het ergste geval reed ik wat groentekistjes te barsten en werden er wat symbolische schoten over mijn hoofd gevuurd. Hier had ik de vorige avond gezien dat de barrière bestond uit autowrakken, dus zonder meer doorrijden was er niet bij. Toen ik een bocht om reed, stond ik er ineens recht voor. Ik was niet voorbereid: mijn pistool zat nog in de holster, mijn zwaailicht stond uit. Ik probeerde nog toeterend en met teveel toeren indruk te wekken, maar mijn eerste schrikreactie had me verraden.

Ik werd uit de jeep gesleurd en mijn handen werden op mijn rug gebonden. Ik schold de mannen uit in het Frans en het Arabisch -- er zullen ook wel een paar oud-Hollandse godverdommes tussen gezeten hebben -- maar het maakte geen indruk. Lopend werd ik naar een post driehonderd meter verderop gebracht, waar mijn krijgsheer me opwachtte. Hij was niet uit de streek, hij kwam uit het zuiden. Hij had hetzelfde voordeel als ik: hij was groter en breder dan de betrekkelijk tengere lokale bevolking.

Hij vroeg mij iets dat ik niet verstond. Ik haalde mijn schouders op. Meteen haalde hij uit en sloeg me tegen de grond.

Dit was serieus. Mijn bluf was gebaseerd op het feit dat ik op de stellingen van de oorlogsheren durfde af te gaan zonder me om de in het rond vliegende kogels te bekommeren. Mijn jeep zat zo langzamerhand onder de kogelgaten, er zat geen glas meer in de ruiten (ik moet bekennen dat ik de andere voorruit er zelf uitgeslagen had), maar het blauwe zwaailicht en ik (in die volgorde) bleven ongedeerd. Nu was ik gescheiden van het zwaailicht en de krijgsheer sloeg me neer! Er ging een gemompel door de rij toeschouwers. Ik krabbelde overeind en vroeg hem, nog arroganter dan zijn toon geweest was: 'Weet u de heetste weg van Heerenveen naar de Kaasmarkt in Alkmaar eigenlijk wel, mijnheer?' In het Nederlands, met de open ee's en aa's die ze in dat deel van Afrika nauwelijks kennen. Hij keek me een tel verbouwereerd aan. Toen haalde hij uit en sloeg me opnieuw neer.

Ik moet een tijdlang bewusteloos geweest zijn, want toen ik bijkwam waren mijn voeten ook gebonden en ik lag naast een volwassen houwitser waar juist een granaat in geladen werd. Het geheel werd verlicht door een booglamp, daarbuiten was het donker. Ik kwam met moeite overeind en ging voor de loop staan. Nu zouden we eens zien hoe bang ze waren van de yanqies. Ik ging ver buiten mijn boekje, want wij waren officieel alleen uitgezonden om er op toe te zien dat de wapens vrijwillig ingeleverd zouden worden. De frustratie uit de eerste paar dagen had geleid tot mijn eigen kleine vorm van "mission creep", en nu kon ik niet meer terug.

Uit het donker voorbij de loop van het kanon werd wat geroepen. Ik herkende de stem van de krijgsheer. Ik verroerde mij niet. Er druppelde iets op mijn borst -- bloed. Mijn eigen bloed. Ik had kennelijk aan een van de klappen een hoofdwond overgehouden. De commandant riep nog wat, scherper nu. Twee mannen liepen naar voren en probeerden mij weg te trekken. Ondanks mijn boeien schudde ik ze van me af. Hun leider gaf ze een bevel en ze liepen een eindje van me vandaan, bijna zichtbaar verscheurd tussen de loyaliteit aan hun krijgsheer en de angst dat mij wat zou gebeuren. Het werd stil. Mijn tegenstander sprak mij nogmaals toe, maar ik luisterde niet. Zijn toon veranderde en hij gaf een bevel. Ik voelde de houwitser bewegen en wist dat de granaat nu doorgeladen was. Ik drukte mijn rug vaster tegen de loop.

Raar genoeg was ik niet bang. Ik was grotendeels gedachteloos. Het enige wat door mijn hoofd speelde was de vraag of ze op mijn begrafenis nu zouden zeggen dat ik een grote held was, of juist dat ik een grote stommeling was. De tijd stond stil.

Weer een bevel. De twee mannen die me eerder hadden geprobeerd weg te trekken kwamen opnieuw op me af.

'Sodemieter op! Tabon yemek!' Scheldwoorden en krachttermen zijn in alle Arabische dialecten hetzelfde. Bovendien probeerde ik het zo dreigend mogelijk uit te spreken. Zij tuurden besluiteloos in de richting van hun leider.

Die kwam de lichtcirkel in en lachte. 'Dan komt je bloed op je eigen hoofd neer,' zei hij zachtjes, in perfect Frans. Ik verbaasde me dat hij een Bijbelse uitdrukking gebruikte en ik wachtte op de knal. Hij haalde diep adem en opende zijn mond...

Op dat moment klonk de knal. Zachter dan ik dacht, en een paar tellen lang was ik verbaasd dat ik nog kon zien dat de krijgsheer naar zijn borst greep en op de grond viel. Toen drong het tot me door dat de knal die ik gehoord had niet de houwitser was, maar een pistoolschot. Op vrijwel hetzelfde moment liep Chief Llandrig de lichtcirkel binnen. Ze wees met haar pistool op mij en gaf een opdracht. Een van de twee jongens die me eerder hadden geprobeerd weg te trekken trok een mes en kwam op me af. Met een vlotte beweging sneed hij mijn boeien door. De chief gaf nog een bevel. De houwitser klikte, twee man tilden voorzichtig de granaat eruit. Toen viel ik, tot mijn grote en immense chagrijn, opnieuw flauw.

Ik kwam bij in mijn eigen bed.

'Blij je te zien, Vincent,' zei de stem van mijn tolk aan mijn hoofdeinde.

Ik probeerde mijn hoofd in haar richting te draaien, maar dat werd bemoeilijkt door een enorm verband om mijn schedel.

'Niet half zo blij als ik was toen ik jou de laatste keer zag, Tanya.' We waren kennelijk off duty. 'Is hij dood?'

'Ja.'

Ik zuchtte. 'Dat wordt een hoop gezeik.' De Verenigde Naties zijn niet erg gecharmeerd van vredestroepen die op de vuist gaan met de lokale bevolking, en laat niet na dat ongenoegen breed uit te meten tegen alle betrokkenen.

'Niet als niemand iets zegt.'

'Mwah, dat lekt zonder twijfel uit.' Ik zuchtte.

'Ik heb nog meer slecht nieuws.'

'Wat dan?'

'Het hoofdkwartier heeft laten weten dat we morgen terug moeten komen, en jouw vrienden van vannacht hebben het zwaailicht op je jeep stukgeslagen.'

'Wat, de bron van mijn mannelijkheid?'

Ze grinnikte. 'Inderdaad, de bron van je mannelijkheid.'

Terwijl zij die middag zwom maakte ik moeizaam rapport op. Daarna ging ik de markt op. Het was duidelijk dat het verlies van het zwaailicht mij niet aan prestige had doen inboeten, in tegendeel. Het verband om mijn hoofd, aan een kant doorbloed en zó groot dat mijn baret er los op bovenop lag, was een waardige vervanger. Iedereen wilde het aanraken.

'Is er hier iemand die whiskey verkoopt?'

De vrouwen op de markt reageerden geschokt. Natuurlijk niet, zij waren allen goede moslims.

'Maar ik ben geen moslim, ik mag whiskey drinken.'

Verbazing alom. En ik sprak zo goed Arabisch! Maar goed, als ik dan per sé wilde -- een snelle blik links en rechts -- kijk, dit was precies wat ik zocht: echte whiskey, kijk maar, merk Johnny Wolker, made in Scotland. Voor maar 300 Franse franc! Ik dong een tijdje af en toen ze tot zestig was gezakt betaalde ik. Tevreden liep ik met de fles whiskey verborgen in mijn binnenzak naar huis toe.

Toen ik de poort binnenkwam, kwam zij net van de binnenplaats: nat en naakt als een half-Afrikaanse Venus.

'Sir!' Ze sprong in de houding en salueerde, naakt als ze was. Het leger heeft dat er in geramd.

Automatisch salueerde ik terug. 'Chief.'

Allebei moesten we grinniken. 'Plaats rust.'

'Ik heb iets voor je,' en ik stak haar de fles toe. 'Als dank voor het redden van mijn leven.'

'Ja, daar moeten we het even over hebben. Ga zitten.' Zonder plichtplegingen duwde ze me in een van de rotan stoelen in de lobby.

'Wil je je niet eerst even aankleden?'

'Nee, en ik zal je vertellen waarom niet.'

Ik was er met mijn gedachten maar half bij. Ze stond nog geen meter van me af, haar schaamspleet op mijn ooghoogte, duidelijk zichtbaar tussen haar kroezende zwarte haar.

'Dienstzaken eerst. Ga alsjeblieft ook zitten, je leidt me af.'

Ze grinnikte opnieuw. 'Oh ja?' en tilde plagerig haar borstjes naar me op. Toen maakte ze een pirouette, petste op een ronde bil, maar ging toch braaf zitten in de andere stoel. Discipline. Zonder discipline waren we op dat moment als beesten tekeer gegaan.

Ik keek zorgvuldig langs haar heen. 'Ik heb een uur geleden rapport uitgebracht. Die krijgsheer is door zijn eigen mensen neergeschoten.'

'Ja, die lui hier zijn volstrekt onbetrouwbaar.'

'Pas daarna verscheen jij. Je hebt me het leven gered, wat overigens waar is. Maar de man was dus al dood toen jij ter plaatse kwam. Je hebt wel een keer in de lucht moeten schieten. Begrepen?'

'Aye aye, Sir.'

'Er is gisteren een contingent van vijftien man van het hoofdkwartier vertrokken, dat komt ons morgen in de loop van de dag aflossen.'

'Vijftien man? Wat moeten die hier nog doen dan?'

Ik negeerde haar onderbreking. 'Wij tweeën worden morgen om zestienhonderd uur afgehaald met een helikopter, of de versterking er al is of niet. Dus graag met volle bepakking om vijftienhonderd dertig aantreden.'

'Aye aye, Sir.'

'Nog meer nieuws. Jij krijgt onmiddellijk verlof en wordt morgenavond nog gerepatrieerd.'

'Ja, dat hoopte ik al. Had ik al lang moeten krijgen.'

'Hoofdkwartier liet doorschemeren dat er een decoratie voor je in zit.'

Ze knikte. 'Ja, ze hebben wel wat positief nieuws nodig. Het gaat over het hele gebied slecht met het inleveren van wapens.' Ze hield haar hoofd scheef en keek me aan. 'En jij?'

'Ik? Niets, neem ik aan. De sukkel die zich gevangen laat nemen door een krijgsheer en gered moet worden door zijn ondergeschikte. Overigens is het volstrekt terecht dat ze jou decoreren. Juiste vrouw op het juiste moment op de juiste plaats, en vooral: de juiste handelingen.'

'Voor mij ben _jij_ de held. Je heb als enige commandant van de hele missie het jouw toegewezen gebied volledig gepacificeerd. En met gevaar voor eigen leven. Ik dacht eerst dat je een operette-soldaat was, maar na twee weken -- en zeker na gisteravond -- weet ik beter.'

'Dank je. En dank je voor je hulp. En vooral, dank je voor het redden van mijn leven.'

Ze maakte een wegwerpend gebaar. 'Einde officiële gedeelte?'

'Einde officiële gedeelte.'

'Mooi. Whiskey.' Ze sprong op, pakte twee glazen uit de bar. Ik kon het niet laten naar haar billen te loeren, daarna naar haar pronte borstjes, brede heupen en behaarde schaamstreek. Ze zag me kijken maar negeerde me. Ze ging weer zitten en schonk twee glazen in -- het hare beduidend voller dan het mijne. 'Proost.' Ze nam een slok, zette het glas zorgvuldig weer neer, pakte de fles, bestudeerde het etiket.

'Johnny Wolker, hè?'

'Made in Scotland, is mij verzekerd.'

'Ja, die ken ik. Twee stadjes verderop is een alcoholfabriek, die heet Scotland.' Ze zette de fles neer, nam nog een slok. 'Wolker, jawel. Maar, drank is drank.' Nog een slok, dat ging hard.